Vroegste geschiedenis
Al bijna 40.000 jaar leven er mensen in India. De eerste permanente nederzettingen zijn bijna tienduizend jaar geleden. Uit deze lokale beschavingen kwam de grote Indusbeschaving. Het hoogtepunt van deze beschaving was tussen de 2600 v. Chr. en 1900 v. Chr. Van deze beschaving zijn nog diverse overblijfselen te vinden in India.
Een mooi voorbeeld hiervan is Lothal, in de deelstaat Gujarat. Lothar was één van de belangrijkste plaatsen van de Indusbeschaving. Hier werden kralen gemaakt van edelstenen, glas en edelmetalen. De gouden kraaltjes van een tiende van een millimeter met een gaatje waar een zijden draadje doorheen kon zijn een toonbeeld van een enorm hoog vakmanschap. Deze kraaltjes zijn in Egypte, China en Afrika gevonden. Lothal had de eerste door mensen gemaakte havendok in de wereld, die kan je nog steeds bezoeken.
Vanaf 1500 v. Chr. komt de Indusbeschaving in aanraking met het Hindoeïsme. Dit werd meegenomen door groepen uit Zuid-Rusland of Afghanistan die het noorden en oosten van India veroverden. Later vermengde deze groepen zich met de originele inwoners. In die tijd ontstond ook het kastensysteem.
De toenmalige Arische koningsrijkjes werden aangevallen door Alexander de Grote in 327 en 324 v. Chr. Toen deze zich plotseling terugtrok zag Candragupta (stichter van de Maury-dynastie) zijn kans schoon en veroverde met een enorm leger het noorden van India en grote delen van Pakistan en Afghanisatan.
Het zuiden van India werd pas in 274 v. Chr. door keizer Ashoka (kleinzoon van Candragupta) veroverd. Deze oorlog was koste tienduizenden mensen het leven. Geschokt door deze massaslachting bekeerde keizer Ashoka zich tot het Boeddhisme. Hij zorgde er ook voor dat het Boeddhisme buiten India werd verspreidt. Zo hebben zijn zoon Mahinda en dochter Sanghamitta het Boeddhisme naar Sri Lanka gebracht. Na de dood van keizer Ashoka vervalt het enorm rijk en als de laatste telg van de Maurya-dynastie in 185 v. Chr. sterft valt het rijk uiteen in verschillende koninkrijkjes die allemaal met elkaar in oorlog zijn.
Begin jaartelling tot kolonisatie
De klassieke periode bestaat uit de Gupta’s, Pallawa’s en Chola periodes. De Gupta’s regeerden tot 470 over Noord-India. De Pallawa’s het zuiden tot 850. Rond 850 worden grote gedeeltes India veroverd door de Chola’s en die veroverden ook het noorden van Sri Lanka, stukken van Sumatra en heel Maleisië. Uit de klassieke periode kan je nog vele unieke monumenten en tempels zien in India. Uiteindelijk ging dit rijk ook ten onder en werd het veroverd door de Pandya’s.
Het noorden had al vanaf de 11e eeuw last van aanvallen door islamieten en uiteindelijk in 1192 was een groot gedeelte van Noord-India in handen van islamieten. De ex-slaaf en generaal Qutb-ud-din werd sultan van Delhi. Het sultanaat van Delhi, welke het grootste gedeelte van Noord-India besloeg, bleef bestaan totdat de Mogols het in 1526 veroverden. Het Mogolrijk was een enorm rijk, waarin bevolkingsgroepen in eenheid met elkaar leefden en waar vrijheid van godsdienst was. Heel veel van de enorme mooie paleizen, forten en andere monumenten, waaronder de wereldberoemde Taj Mahal stammen uit deze periode.
Van kolonisatie tot zelfstandigheid
In 1658 werd Shah Jahan (de bouwer van de Taj Mahal) afgezet door zijn zoon Aurengzeb. Hij zorgde ervoor dat het Mogolrijk zijn grootste omvang bereikte omdat hij grote delen van Zuid-India bij zijn rijk voegde. Toen hij de vrijheid van godsdienst afschafte en niet-islamieten ging vervolgen en Hindoetempels liet afbreken keerde zijn bevolking zich tegen hem. Het grote glorieuze Mogoltijdperk was ten einde.
Vasco da Gama, de beroemde ontdekkingsreiziger lande in 1498 in Kerala. De Portugezen lieten er geen gras over groeien, in 1510 hadden ze Goa al veroverd. India was uiteraard voor alle handeldrijvende zeevarende landen zeer interessant. De Nederlanders hadden verscheiden handelsposten in Zuid-India, de Fransen zaten aan de oostkant van India. Maar uiteindelijk had de Engelse Oost Indische Compagnie de meeste handelsposten in de grootste plaatsen. Deze landen lieten elkaar verder in India redelijk met rust. Maar dat veranderde in 1750 toen Frankrijk en England problemen kregen.
In 1757 treffen de Fransen en Engelsen elkaar tijdens de Slag van Plassey in de Bengalen. De Engelsen treffen daar een enorm Bengaals leger dat gesteunt wordt door de Fransen. Ze weten dit leger te verslaan en dat is het begin van de Engelse kolonisatie van India. Bijna 100 jaar na deze slag staat 60% van India onder direct beheer van de Engelsen. De rest van het land was in handen van de Maharadja’s, maar die waren natuurlijk wel ondergeschikt aan de Engelsen. In 1877 werd koningin Victoria uitgeroepen tot keizerin van India.
Uiteraard waren er veel Indiers niet tevreden met de Engelse overheersing, en dit uitte zich in de oprichting van het India National Congres. Deze partij wilde meer invloed van de bevolking op het bestuur van het land. Tijdens de Eerste Wereldoorlog hielpen de Indiërs Engeland, hiermee hoopten ze dat ze een onafhankelijk Gemenebestland te worden. Dit gebeurde uiteindelijk niet en de demonstraties tegen de Engelsen werden steeds gewelddadiger en ook de Engelsen gingen steeds meer geweld tegen de Indiërs gebruiken.
In 1915 kwam een Indiër terug uit Zuid-Afrika, zijn naam was Mahatma Ghandi. Hij kreeg een vooraanstaande rol in de onafhankelijkheidsbeweging. In de jaren daarop organiseerde hij geweldloze demonstraties waar steeds meer mensen zich bij aansloten. De Engelsen konden hier alleen maar toekijken, want geweld gebruiken tegen ongewapende vreedzame demonstranten konden zij zich niet veroorloven. Uiteindelijk hebben de autoriteiten Ghandi gearresteerd maar naar massale protesten weer vrijgelaten.
In 1922 is Ghandi weer gearresteerd en heeft toen 2 jaar in de gevangenis doorgebracht. In 1930 begon hij met zijn beroemde zoutmars, een tocht van 400km naar de oceaan om daar zelf zout te winnen. De regering had namelijk een monopolie op de zoutverkoop. Tijdens deze toch sloten duizenden mensen zich bij hem aan. In de jaren voor de 2e wereldoorlog werden er meerdere aanslagen op Ghandi gepleegd, is hij gearresteerd en heeft meerdere malen een hongerstaking gehouden.
Uiteindelijk starte hij de Quit India campagne. Dit werd de allergrootste beweging voor onafhankelijkheid in de menselijke geschiedenis. De Engelsen doden duizenden mensen en arresteerden er honderdduizenden. Uiteindelijk verdwijnt Ghandi weer voor twee jaar achter de tralies. Uiteindelijk bleek de Quit India campagne succesvol, Ghandi werd vrijgelaten en in 1943 maken de Engelsen bekend dat India in Indiase handen zou komen. In 1946 gebeurde dit, helaas heeft Ghandi niet lang kunnen genieten van zijn India, hij werd in januari 1948 vermoord.
